2020
Onvoorzien
Liber amicorum door Neel Korteweg en Rina Spigt
Aanleiding voor dit liber amicorum is het korte verhaal ‘Waterwezen’ dat beeldend kunstenaar Neel Korteweg in november 2019 voordroeg in haar atelier en dat vertelt over haar vroegste verlangen naar de ‘onderwaterwereld’.
Kortewegs expositie ‘Zwaar Licht’ over waterwezens en demonen die in april 2019 getoond werd bij Gallery Wouter De Bruycker in Antwerpen inspireerde de Vlaamse dichters Peter Holvoet-Hanssen en Geert Cyriel Tavernier. Maar wie had kunnen denken dat hun werk door de Covid pandemie in een heel ander licht zou komen te staan. Dat bracht journalist Rina Spigt op het idee om voor dit boek de beide dichters, de galerist en Neel te vragen hoe zij de afgelopen tijd hebben ervaren.
Overzien bij onvoorzien
“De wil om te overzien bij wat onvoorzien is, lijkt in onze tijd het domein van de filosoof. Maar het creëren van beelden die ons non-verbaal helpen begrijpen en doorgronden in welke wereld wij ons bevinden, is voorbehouden aan de beeldend kunstenaar. Waar Martinus Nijhoff met zijn beroemde adagium ‘lees maar er staat niet wat er staat’, het lezen van poëzie probeerde los te weken van de letterlijkheid van een geschreven tekst, zo moet ook het werk van Korteweg niet gezien worden als een middel om de werkelijkheid in concrete zin te verbeelden.” – Nico Zimmerman 2019
Bekijk de PDF Liber amicorum Onvoorzien
2020
KortePost
“Ik ben dol op tulpen, op hun kleuren, op het geluid dat hun bladeren maken als ik ze schik en ik geniet van de stengels die danshoudingen maken terwijl ze blijven doorgroeien in een vaas.”
De eerste Corona crisis breekt uit in maart 2020. De ‘intelligente lockdown’ en het isolement dat daardoor ontstaat vallen velen zwaar. Neel besluit een beeld ter overdenking te maken om aan haar vrienden te sturen. 25 maart 2020 wordt de eerste KortePost verstuurd waarin de tulp als het ware een personage wordt met menselijke trekken die reageert op de Corona actualiteit.
Ze geeft de tulpen-foto’s titels die erg toepasselijk blijken in deze periode. Neel biedt de serie foto’s te koop aan. Ze bewerkt ze en digitaal drukker Bernard Ruijgrok maakt er piëzografieën van. De opbrengst schenkt Neel aan ‘De Regenboog’, de daklozenopvang in Amsterdam West. De actie wordt een succes met veel reacties. Michel Maas schrijft een column in de Volkskrant van 6 april 2020: ‘In het zicht van Corona verliest Neel Korteweg haar angst’. En ziekenhuis Amphia in Breda exposeert de serie KortePosts van mei tot december 2020.
Volkskrant
Desalniettemin
Column in Amsterdam
Michel Maas, 6 april 2020
2019
Zwaar Licht
Tentoonstelling Gallery Wouter De Bruycker, Antwerpen
Kunstverzamelaar Wouter De Bruycker nodigt Neel uit om haar nieuwste werk in Antwerpen te tonen. Hij exposeert drie verschillende thema’s: ‘Engelen en Demonen’, ‘Zwaartekracht’ en ‘Zeewezens’. Herman Van Goethem, rector van de Universiteit Antwerpen opent de expositie. Tevens verschijnt een rijk geïllustreerde catalogus (vormgeving Johnny Bekaert) alsmede een unieke bibliofiele editie: ‘Zwaar Licht’, een in loodzwaar bootstaal gevat flinterdun lichtgewicht boek met originele potloodtekeningen vergezeld bij gedichten van toonaangevende Nederlandse en Belgische dichters (uitgegeven door Wouter De Bruycker, zie publicaties).
Korteweg schildert op levensgroot formaat haar verlangen om te kunnen ontsnappen aan de zwaarte, in breedste zin. De zwaartekracht en de invloed ervan op het menselijk lichaam speelt een grote rol in haar schilderijen. Sleutelwoorden voor dit werk zijn: vallen – vliegen – zweven – drijven. Verval van het menselijk lichaam noemt ze poëtisch. Wie is de grootste beeldhouwer, de zwaartekracht of de tijd? vraagt ze zich af.
Het citaat: “Ik ben bang dat als ze mijn demonen wegnemen, ook mijn engelen wegvliegen”, van Rainer Maria Rilke zet haar aan het denken. Korteweg schildert een groot zelfportret waarin demonen en engelen uit haar werkjas ontsnappen.
Na het schilderen van het zelfportret met de demonen draait Korteweg het citaat echter om. Met demonen heeft Neel leren leven, maar voor geslachtsloze engelen met vrome gezichten is ze angstiger. “Neem mijn engelen maar weg en laat mijn demonen vrij vliegen.” Ze schildert: Ik Houd Van Demonen.
Speciaal voor de tentoonstelling in Antwerpen schildert Korteweg haar interpretatie van het beroemde doek van Brueghel de Oude ‘de Val van Icarus’, nu zonder zon, zonder Icarus. Ze laat zijn vader in de nacht vliegen. Icarus is al lang verdronken, zijn veren spoelden aan maar Daedalus blijft zoeken. Conservator Nina Groen schrijft in de catalogus een essay: ‘Wandelen in Zwaar Licht’.
Zwarte meermin
Neel schildert een serie sirènes, maar haar zeemeerminnen zijn niet blank, jong en blond. Hun staart is gekocht via internet, made in China.
Bekijk de Film ‘Op zoek naar Zwaar Licht’ van BubblEyes
2017
Zie ze kijken!
Tentoonstelling Stadsmuseum Woerden
Stadsmuseum Woerden nodigt Neel Korteweg uit – op initiatief van Hans van Ommeren (1948-2018, fotograaf, kunstverzamelaar) en Jonne Verburg (directeur SNS REAAL) – om een overzicht van haar portretten te exposeren. De grafische vormgeving wordt door Nieck Engelhard verzorgd. Paul Mertz noemt de expositie Zie ze kijken! 72 portretten uit de periode tussen 1991-2017.
“Korteweg schildert al dan niet in opdracht portretten van bekende mensen, van onbekende mensen, soms van niet bestaande mensen. Te zien zijn ondermeer Erasmus als jongen, Luther, Thomas More, Hans van Manen, Cees Dam, Gabriëlle Kok, Bronia Davidson, Anneke Brassinga, Mirthe van Doornik, Pieter Kreft, haar geliefde schilder Lovis Corinth en – speciaal voor de gelegenheid – de Woerdense schilder Leo Gestel (1881 – 1941), gebaseerd op twee van diens zelfportretten, uit 1913 en 1916. Het portret ‘Leo Gestel, jonger’ wordt aangekocht voor de collectie van het museum.
“Van nature heeft ze het ‘portret-oog’. Dat ‘zet ze aan’ als ze mensen ontmoet die ze gaat portretteren. Er vinden ontspannen voorgesprekken plaats, maar poseren is er niet bij, nooit. Ze associeert, legt verbanden, ziet contouren verschijnen, soms ’s nachts tussen dromen en waken in de prille ochtendstond. Ze schildert al zoekende, laag over laag. Een portret is nooit zomaar af. Daarvoor zit er ook teveel in: Neel Korteweg vangt niet alleen uiterlijk maar ook innerlijk.” – Paul Mertz in de tentoonstellingsfolder.
“In z’n achteruit kijken noem ik het. De grote spiegels in mijn atelier zijn er niet voor niets geplaatst. Hun belangrijkste taak is mij te helpen bij de analyse van vormen. In spiegeling worden kleine verschuivingen of moeilijk zichtbare draaiingen van dat wat ik schilder onmiddellijk zichtbaar. Vooral voor anatomie, de drager van een goed portret, is de spiegel verplicht. Als ik een portret maak, oordeel ik over de geest in andermans lichaam. Ik ben verplicht dat oordeel zelf te vellen en daarom moet ik onderhuids verder zoeken anders zou een eenvoudige gelijkenis, een kiekje, immers voldoende zijn.” – Neel Korteweg
De opening
Vanwege het grote aantal genodigden stelt Neel voor om de vernissage in de monumentale middeleeuwse Petruskerk te houden, aangrenzend aan het kleine museum. Samen met de conservatoren Stephanie Rompa en Nina Groen bereidt zij een performance voor. Het Groot Nederlands Mannenkoor verbergt zich in de sacristie. Als het publiek heeft plaatsgenomen komen een voor een 135 heren zacht zingend de kerk binnen. Onder leiding van dirigent Gezinus Veldman zwelt het lied ‘Dona Nobis Pacem’ van Mozart aan naarmate de rij langer en langer wordt.
2014
Erasmus van Amsterdam
Museum Amsterdam, Cromhouthuizen
Na een studie van bijna 10 jaar in Basel (Zwitserland), Jakarta (Indonesië), Coutainville (Frankrijk) en Amsterdam nodigt Museum Amsterdam Neel Korteweg uit op initiatief van Paul Mertz in de historische Cromhouthuizen (1660) voor een uitgebreide tentoonstelling over Erasmus; een keuze uit honderden tekeningen, tientallen schilderijen en piëzografieën die het gedachtegoed van de grote humanist in deze tijd plaatst. Neel noemt de tentoonstelling ‘Erasmus van Amsterdam’.
“Op een dag vraagt haar vader of ze een portret van Erasmus voor hem wil schilderen. Dat doet ze. Maar niet zomaar. Ze bereidt zich goed voor, probeert in de huid van Erasmus te kruipen. Het portret komt er. En Erasmus laat haar niet meer los. Er ontstaat een innige band tussen die twee: Desiderius en Neel. Hij bezielt haar, zij tekent. Op háár manier. Resoluut, tegendraads, vrij, niet onderdanig. Geen vlakke illustraties, maar werk met karakter, met zeggingskracht. Neels tekeningen inspireren op hun beurt schrijvers en dichters, die verwoorden ‘Erasmus van Amsterdam’, elk op eigen wijze. Museum Amsterdam nodigt haar uit voor een uitgebreide tentoonstelling in de historische Cromhouthuizen aan de Herengracht. Erasmus blijkt een wereldburger, die groot belang hecht aan vrijheid van mening, tolerantie, eigenzinnigheid en vriendschap. Dat alles proeft hij in het Amsterdam van nu, bij Neel. Hij trekt als het ware bij haar in. Neel schildert Erasmus als kind, als jongeling, als invloedrijk denker, als diplomaat en als kwetsbare oude man. Maar ook zijn geliefde vrienden worden opnieuw geschilderd, zoals Thomas More en broeder Servaas Rogier aan wie Erasmus dierbare brieven schreef en androgyne hovelingen aan het hof in Engeland. Het hele leven van Erasmus lijkt Neel vast te willen leggen.” – Paul Mertz in de tentoonstellingsfolder.
In Amsterdam en Basel ontstaan honderden tekeningen naar aanleiding van de beroemde satire van Erasmus’ ‘Lof der Zotheid’. De kantlijn illustraties van Holbein de Jonge zijn door Neel Korteweg in haar eigen handschrift vertaald en in onze tijd gezet. In Basel buigt Neel zich over de ‘Erasmiana’ in het Kunsthistorisch Museum en maakt de conservator van deze collectie Dr. Marie Christine Berkemeier het mogelijk dat Neel de originele handgeschreven brieven van Erasmus persoonlijk mag bestuderen.
Bij de tentoonstelling verschijnt ook haar boek ‘Erasmus van Amsterdam’: een lijvige bibliofiele publicatie waarin Erasmuskenner dr. Hans Trapman en toonaangevende schrijvers en dichters reageren op haar werk, o.a. Anneke Brassinga, Bart Chabot, Tom van Deel, Kees Fens, Gerrit Komrij, Barber van de Pol (zie pdf publicaties).
“Veel kunstenaars hebben in de loop der eeuwen hun visie gegeven op Erasmus. Vaak distilleerden ze er één beeld uit, beperkten ze zich tot één interpretatie. Neel Korteweg ziet Erasmus als een verschijningsvorm die zich voortdurend opsplitst, steeds weer in een nieuw lichaam, in alle windstreken van de wereld. In zomaar een gezelschap, om zomaar een hoek kan elk moment een Erasmus opduiken. Ook een manier om te bewijzen hoe besmettelijk Erasmus kan zijn. Zou moeten zijn.” – Gerrit Komrij
2010 Erasmus in Indonesië
De directeur van het Erasmushuis in Jakarta Paul Peters nodigt Korteweg uit op advies van Dr. Pauline van Roosmalen (kunst- en architectuur historicus) om een selectie Erasmus tekeningen te exposeren. Neel logeert bij de filosoof/dichter Prof. Dr Toeti Herati die haar introduceert in haar culturele salon. De tentoonstelling ‘Pameran Facing Fools’ in het Erasmushuis wordt geopend door Gerrit Komrij.
“Erasmus houdt van reizen, maar buiten Europa is hij nooit geweest. Dat verandert. Neel lanceert hem in Indonesië, in het Erasmushuis te Jakarta. Daar toont ze een weelde aan tekeningen. Ook ontmoet Erasmus de Javaanse prins Raden Mas Jodjana, met wie hij van kleding wisselt.” – Paul Mertz
Censuur
“Het woord ‘censuur’ is gevallen. ‘Een zwaar woord’, vinden ze in het Erasmushuis in Jakarta, maar hoe noem je het verwijderen van kunstwerken van de Nederlandse kunstenares Neel Korteweg op een tentoonstelling anders? Kale spijkers geven de plekken aan waar enkele prenten, kort vóór de opening van de expositie, haastig zijn weggehaald. De organisatoren vreesden protesten.”
Michel Maas, auteur en correspondent Zuidoost Azië van de Volkskrant, 10-11-2010
2013
Feestelijke opening Erasmus van Amsterdam in de Mozes en Aäron Kerk
De opening in de Mozes en Aäron Kerk in Amsterdam doet veel stof opwaaien. Neel Korteweg laat scherpe contrasten zien tussen opvattingen uit de tijd van Erasmus en dat wat in onze tijd gangbaar is. Een vrouw op de kansel zoals beschreven in de satire ‘Lof der Zotheid’ was in de middeleeuwen een enorm taboe. Terwijl vrouwen in christelijke religieuze ambten nu normaal worden gevonden. In de middeleeuwen was het volstrekt normaal dat er in de donkere hoeken van de kerk geürineerd werd, terwijl nu toiletten in kerken juist zover mogelijk uit het zicht geplaatst worden.
Op 28 maart 2013 nemen de genodigden plaats op 200 wc’s in de kerk en opent de dichter des Vaderlands Anne Vegter de tentoonstelling. Het eerste exemplaar van het boek ‘Erasmus van Amsterdam’ wordt overhandigd aan Caroline Gehrels, wethouder Kunst en Cultuur van Amsterdam.
2014
Finissage in Castrum Peregrini, Amsterdam
Matthijs van Boxsel, auteur van o.a. de ‘Encyclopedie van de Domheid’, leest bij de finissage op 16 februari 2014 een verfrissend essay voor: ‘Een portret van Erasmus, voor Neel Korteweg’
“Zo wordt Erasmus in televisieprogramma’s, leesclubs en zelfs universiteitscolloquia gepresenteerd als een ware humanist, een man van onze tijd die de mens centraal zou stellen. Om misverstanden te voorkomen: Erasmus was geen humanist in de moderne zin des woords. Bij een humanist denken wij aan iemand die in de kwaliteiten van de mens gelooft, in wetenschappelijke vooruitgang, in beschaving. Humanisme is de waardering van de mens los van ieder transcendent of theologisch fundament. Het humanisme vertrouwt op de krachten van de natuur en van de cultuur. Maar Erasmus was een vurig katholiek; niet de mens staat centraal, maar God.”- Matthijs van Boxsel (zie publicaties pdf).
Basel 2005-2013 Stroom der Zotheid
Jaarlijks verblijft Neel Korteweg in Basel in de zomer bij vrienden en buigt zij zich over de ‘Erasmiana’ in het Kunsthistorisch Museum. Dagelijks gaat zij op zoek naar de plekken die Erasmus dierbaar zijn. Neel maakt ter plekke een grote serie tekeningen waarin zij het beroemde boek Lof der Zotheid in de huidige tijd plaatst. Ze maakt kennis met de conservator van de Erasmiaanse collectie van het Kunsthistorisch Museum. Dr. Marie Christine Berkemeier die het mogelijk maakt dat Neel de originele handgeschreven brieven van Erasmus persoonlijk mag bestuderen.
In Basel filmt Neel Korteweg in 2013 het grote ‘Rheinschwimmen’ dat eens per jaar in augustus plaats vindt. Duizenden inwoners van Basel zwemmen stroomafwaarts, ze laten zich meedrijven op gekleurde waterdichte plastic tassen waar hun kleding in gepakt zit. Neel legt een link met ‘Lof der Zotheid’. Na drie jaar zelf te hebben mee gezwommen realiseert zij een kunstenaarsfilm: Stroom der Zotheid, waarin Erasmus op wonderlijke wijze transformeert.
Kunstenaars film ‘Stroom der Zotheid’ en de films van Kees van Langeraad komen in herfst/winter 2021 online
2007
De Erasmusspeld
‘Quaevis terra patria – Heel de wereld is mijn Vaderland’
In de universiteitsarchieven bestudeert Neel de originele brieven van Erasmus. De kantlijnschetsen die Erasmus zelf tekende, worden voor Neel het uitgangspunt voor haar ontwerp van de Erasmusspeld die vanaf 2014 jaarlijks wordt uitgereikt aan de winnaar van de Erasmusprijs.
2006
Uit de diepten van de zee
Tentoonstelling Kunsthal, Rotterdam
Al sinds de 90er jaren werkt Neel Korteweg in de nazomer in haar atelier aan de oceaan te Coutainville, Normandie. Ieder jaar dient er zich een ander thema aan haar op dankzij het aanspoelsel. In 2002 stelt zij een eerste serie nieuwe dieren uit aangespoeld materiaal samen (zie ook korte film Atlantis Zoo van Kees van Langeraad) In 2006 resulteert dat in een solo tentoonstelling in de Kunsthal Rotterdam: ‘Uit de diepten van de zee duiken nieuwe dieren op’ (titel Paul Mertz). Veertig onbekende door Neel Korteweg samengestelde dieren worden met veertig piëzografieën tentoongesteld in de enorme zaal van de Kunsthal Rotterdam op uitnodiging van Wim Pijbes. Tijdens de opening bouwen jonge dansers van Het Nationale Ballet gewikkeld in visnetten al dansend het in aluminium gegoten beeld de Determinator Zeebelle op. Peter Leung schrijft hiervoor de choreografie.
Dirk Sijmons, rijksadviseur voor het landschap, opent de tentoonstelling: “De afbeeldingen van Neels’ onbekende dieren laten ons in een toekomst te kijken waar nieuwe zeewezens na het rijzen van de zeespiegel uit Atlantis zullen opstaan.”
Bij de tentoonstelling verschijnt het boek ‘Uit de diepten van de zee duiken nieuwe dieren op’. Het laat de verbazingwekkende aangespoelde dieren zien, die uit een ver verleden of juist uit een toekomst schijnt te komen.
Dichter Rutger Kopland (1934 – 2012) schrijft de inleiding: ‘Wat is dat wat ik zie’ : “Als we gewoon gezegd hadden: die ‘dingen’ zijn zo mooi dat je een gevoel van waarheid doortrekt, een gevoel van ‘zo is het’. En omgekeerd, ze laten een onbenoembare waarheid zien die je een gevoel van schoonheid bezorgt. Ze voeren je het grensgebied in waarin je iets ziet waarvan je niet wist dat je het al kende. Terwijl je nog steeds niet weet wat het is dat je ziet.”
Regisseur Kees van Langeraad maakt een filmische impressie ‘Atlantis Zoo’
Animatie ‘I’m a crabnut’ en film ‘Atlantis Zoo’ komen in herfst/winter 2021 online
2001
Vroeg licht
Tentoonstelling Stedelijk Museum Gouda
Op 23 juni 2001 wordt in het Stedelijk Museum van Gouda een solo tentoonstelling van schilderijen en tekeningen van Neel Korteweg geopend. Het thema is ‘Het Vrouwelijk Naakt’. Op levensgrote doeken toont Neel Korteweg staande vrouwen in verschillende stemmingen. Door een speciaal gekozen belichting benadrukt zij vooral het lichaam zélf. Daarom laat zij, om een evenwicht tussen lichaam en geest te verbeelden, de gezichten van de meeste figuren iets uit het directe licht vallen.
“Het is te laat om nog te gaan slapen en te vroeg om op te staan. Vroeg licht geeft mij de stemming die ik gebruikt heb voor deze schilderijen. Het is een laaghangend licht waar nog geen rood doorheen gloeit, maar waar zilver, grijs, en groen doorheen schijnen.” – Neel Korteweg
Uit het essay Die vrouwen
door dichter Marjoleine de Vos bij de tentoonstelling Vroeg Licht 2001
“Die vrouwen, ze lijken voornamelijk op zichzelf. En hoezeer ze zichzelf zijn zie je alleen als je naar ze kijkt. In de herinnering ontsnappen ze je, je vergeet hoe het licht grijsblauw op hun dijen viel of hoe rozerood een schouder soms is. Je vergeet niet de tedere tegenstelling tussen de lange, dunne prikkelige cactus die één zachte witte bloem heeft voortgebracht en de grote vrouw die in roerend weerloze houding haar gezicht in die bloem drukt. Maar hoe vlees en plant precies geschilderd zijn, het licht dat bij bakken uit de hemel valt de schemer in, de zachtaardige kleur op schouder en borst – dat kan alleen maar gezien worden. Niet bedacht, niet herinnerd, niet beschreven.”
Uit het essay voor Vroeg Licht, The other Nude
door journalist schrijver Henk H.J. Hofland bij de tentoonstelling 2001
“De eerste naakte vrouw die ik zag was mijn moeder. Dat was wederzijds niet de bedoeling. Zij kwam uit het bad, ik de badkamer binnen. Zij was 37, aan de dikke kant. Mijn geboorte had haar lichamelijk geen goed gedaan. Ik was zes. Ze deed twee snelle passen naar het handdoeken rekje, liet op de vloer een spoor van water achter. Bliksemsnel drapeerde ze de grote baddoek om zich heen, keek me vriendelijk aan en zei: ‘Wat kom je doen?’ ‘Niks Mam’. Het is me, 67 jaar nadat ik mijn moeder ontdekte, opnieuw overkomen, weer bij verrassing, terwijl ik me verdiepte in deze schilderijen, Vroeg Licht, van Neel Korteweg. Ik zag opnieuw wat ik toen had gezien en misschien ook toen al had geweten, maar nu voor het eerst besefte. Mannen raken, zoals het in de gegalvaniseerde taal van de routine heet, ervaren. Je kunt alleen vermoeden wat dat voor de anderen inhoudt. Zeker weet je het alleen van jezelf, en ook dan nog maar bij benadering. Mij heeft iedere ervaring een paar fundamentele, zich telkens hernieuwende, maar altijd dezelfde conclusies gebracht – als ik al van bewuste conclusies kan spreken.”
In het boek ‘Vroeg licht’ zijn essays over haar werk opgenomen van: Pauline de Bok: ’Schildervrouw, filmvrouw, poetsvrouw’, Athalya Brenner: ‘Nudity as Cover’, Hein van Haaren: ‘Eva, venus, de vrouw’, Henk J. A. Hofland: ‘Het andere Naakt’, Neel Korteweg: ‘Vroeg Licht 2001’, Marjoleine de Vos: ‘Die Vrouwen’ en Hans Vogels: ‘Ideaal tegen wil en dank’.
Muzisch
1991, documentaire van René van Gijn
De jonge Mozart in Nederland
In 1766 verbleef de jonge Mozart – amper 10 jaar oud – gedurende korte tijd in Den Haag en werd tijdens dit bezoek ziek. Er zijn maar weinig portretten bekend van Mozart en zeker geen kinderportret. Daarom vroeg regisseur René van Gijn Neel Korteweg in 1991 om tekeningen te maken voor zijn NOS tv-documentaire ‘Mozart in Nederland’.
Youri Egorov, meesterpianist
Neel Korteweg ontmoet Youri Egorov (1954 – 1988) vlak na zijn aankomst in Nederland. Haar goede vriend Jan Brouwer stelt Youri al snel aan haar voor. Niemand heeft enig idee dat hij een meesterpianist is, want Youri spreekt geen Engels. Toch ontstaat in die tijd al de hechte vriendschap tussen Youri en Neel die zijn korte leven lang zal duren.
Neel luistert vol overgave naar zijn pianospel, zij tekent en schildert hem. Er ontstaat een serie van acht pastels op papier in het formaat 75 x 60 cm. Na het overlijden van Youri schenkt Neel het portret ‘Youri in groene gouache’ aan zijn moeder.
2003
Portret van Anton Kersjes
Het Concertgebouw Amsterdam
Martijn Sanders, directeur van het Concertgebouw Amsterdam geeft Neel Korteweg in 2003 de opdracht om een levensgroot portret van de dirigent Anton Kersjes (1923 – 2004) te schilderen. Het schilderij krijgt een belangrijke plaats in de omloop van het Concertgebouw. Neel vergezelt de dirigent bij vele concerten en luistert naar zijn verhalen en anekdotes. Een fascinerend leven geheel en alleen gewijd aan de klassieke muziek. In zijn woning te Laren maakt zij series tekeningen tijdens de legendarische huisconcerten die Kersjes tot vlak voor zijn dood in 2004 bleef organiseren.
1984
Werk op papier
Tentoonstelling Stedelijk Museum Gouda
In 1984 biedt Josine de Bruyn Kops (1940 – 1987) directeur van Museum Gouda Neel Korteweg een tentoonstelling aan: ‘Werk op Papier’, levensgrote schetsen van vrouwelijk naakt en portretten van haar geliefde schrijvers en schilders. Ondermeer Marguerite Yourcenar, Lou Louber, Toko Shinoda en Gerard Princée. Het museum neemt drie werken op in haar collectie. Lily van Ginneken schrijft de introductie.
In mei 2018 schenkt Korteweg de tekening/pastel die zij maakte vlak voor het overlijden van Josine de Bruyn Kops in 1987 aan het Museum Gouda. Voor deze gelegenheid voegde Neel kleuren aan dit werk toe.